Na 29 arbeidsjaren aan de Vrije Universiteit van Amsterdam houdt prof. dr. J.C. Stoof het onderzoek in de neurowetenschappen voor gezien. In zijn kritische afscheidsrede hekelt hij onder meer het gebrek aan samenwerking tussen hersenonderzoekers uit verschilÂlende disciplines. Volgens Stoof is deze 'disciplinaire arrogantie', naast de bescheiden financiering door de overheid, een belangrijke reden waarom het neurologisch onderzoek in Nederland minder voorstelt dan hij zou wensen.
‘In het hersenonderzoeksveld trof ik iets te veel zelfgenoegzaamheid aan. Het leek me daarom goed om een signaal af te geven dat het allemaal best een slagje beter zou kunnen.' Prof. dr. J.C. Stoof, tot voor kort hoogleraar Experimentele neurologie aan de VU, neemt geen blad voor de mond. In zijn kritische afscheidsrede stipt hij trefzeker aan wat er aan zijn vakgebied schort.&ellipsis;