Op afstand

  • 2 min.
  • Voorwoord
Portretfoto (kleur) Evert Kaal

In deze editie van De Neuroloog is een katern gewijd aan de zorg voor patiënten met epilepsie. Neuroloog dr. Roland Thijs vertelt over aanvalsdetectie met onder andere een NightWatch en videoregistratie. De neurologen dr. Maeike Zijlmans en dr. Albert Colon belichten de mogelijkheden van diagnostiek naar en zelfs de behandeling van epilepsie door middel van het plaatsen van diepte-elektrodes. De patiënt kan zich vervolgens redelijk vrij bewegen en wordt op afstand in de gaten gehouden. Door het gebruik van dergelijke technieken wordt de zorg voor patiënten met epilepsie beter en kunnen ernstige complicaties zoals onverwachts overlijden mogelijk voorkomen worden. Binnen de huis-tuin-en-keuken-neurologie wordt ook gewerkt aan zorg op afstand. Zorgverzekeraars, andere bestuurders en artsen hebben bijvoorbeeld het beeldbelconsult als een heilige graal omarmd. We hebben een nobel doel: de zorg verbeteren en kosten besparen. Tevens kunnen hierdoor de wachtkamers halfleeg blijven en voorkomen we verspreiding van het virus. Ook patiënten waarderen de zorg op afstand en hebben er geen moeite mee om zich voor de webcam in allerlei bochten te wringen om te laten zien waar het pijn doet.

Maar wordt de zorg ook beter? Tegenwoordig zie ik patiënten op mijn spreekuur die op basis van het geprezen telefonisch of beeldbelconsult zijn verwezen. Vaak stel ik na een kort lichamelijk onderzoek een niet-neurologische diagnose. Een eerdere ‘fysieke’ beoordeling door de huisarts had waarschijnlijk niet geleid tot een duur consult in de tweede lijn. Ook in de tweede lijn gaat het niet altijd goed: waarschijnlijk wordt een toegenomen diagnostische onzekerheid bij zorg op afstand gecompenseerd door het verrichten van meer aanvullend beeldvormend onderzoek. Een MRI-scan is een kostbare vervanger van de achillespeesreflex geworden.
Het verrichten van eerste consulten op afstand is een potentieel gevaarlijke en kostbare noodgreep. Dit geldt wellicht niet voor bepaalde gespecialiseerde poli’s binnen de derde lijn (waarbij het ernstige kaf al van het koren is gescheiden), maar juist bij de ongefilterde bulk afkomstig uit de eerste lijn. Om meer patiënten te kunnen zien moeten poliklinieken intelligenter worden: de simpele ingreep om één wachtkamerbank door drie losse stoelen te vervangen verdubbelt de capaciteit van de wachtruimte, bespaart MRI’s en voorkomt gemiste diagnoses. Een eerste ‘fysiek’ consult op de poli is dan weer de norm.

Op afstand is voor veel/sommige chronische patiënten wel de oplossing voor het vervolgconsult. En bij fatsoenlijk werkende software is beeldbellen voor de dokter geen straf. Een neuroloog uit het oosten van het land schreef recent in een regionale krant: ‘Voor mezelf zie ik weinig grote voordelen, maar met name de patiënten reageren heel positief.’ Maatwerk is het devies. Op afstand moet niet afstandelijk worden. Vaak wordt de Betere zorg Dichtbij geleverd.