In het VU-Ziekenhuis te Amsterdam is in september 1995 een longitudinaal en gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek gestart, waarbij levodopa wordt vergeleken met pergolide als monotherapie, in de vroege behandelingsfase van de ziekte van Parkinson.
Levodopa-preparaten worden nog steeds beschouwd als de meest effectieve geneesmiddelen bij de behandeling van de ziekte van Parkinson. Helaas wordt deze therapie na verloop van tijd bij de meeste patiënten gecompliceerd door het optreden van motorische respons-fluctuaties en dyskinesieën, welke uiteindelijk tot een grote mate van invaliditeit kunnen leiden. De exacte oorzaken van deze complicaties zijn onbekend. Zowel postsynaptische veranderingen als gevolg van een jarenlange, niet-fysiologische stimulatie van de dopamine receptoren, alsook een verminderde buffercapaciteit van dopamine door het toenemende celverlies, spelen waarschijnl