Het begin van de wetenschappelijke revolu-tie valt in Nederland samen met de Gouden Eeuw, oftewel de 17e eeuw. Geïnteresseerd in de raadselen der natuur, deden diverse jonge mensen waarnemingen die niet pasten bij de traditionele kennis en oude wijsheid. Sommigen wensten zelf onderzoek te doen. Een van die jonge mensen was Jan Swammerdam (1637-1680), die de eerste 24 jaar opgroeide in het ouderlijk huis te Amsterdam. Zijn vader was een apotheker die er een rijk naturaliënkabinet op nahield, een fenomeen dat in die tijd dikwijls voor kwam en waar veel bezoekers op af kwamen (zie stukken over Ruysch in De Neuroloog 2018, met name het juninummer).
Swammerdam studeerde geneeskunde te Leiden, waar hij bevriend raakte met Niels Stensen en Reinier de Graa