FUNCTIONELE BEWEGINGSSTOORNISSEN

‘Wees niet bang, stel de diagnose’

  • 3 min.
  • Katern functionele neurologische stoornissen

Neurologen zijn steeds meer bereid functionele bewegingsstoornissen als echte neurologische diagnose op te vatten, constateert prof. dr. Marina de Koning-Tijssen, hoogleraar Bewegingsstoornissen in het UMC Groningen. Ze doet onderzoek naar patiënten met deze aandoening. 

Portretfoto (kleur) Marina de Koning-Tijssen
Beeld: Sita Koning

De manier waarop neurologen naar functionele bewegingsstoornissen kijken, is volgens Marina de Koning-Tijssen de laatste jaren de grootste verandering in de diagnostiek en behandeling van deze aandoening. ‘Vroeger dachten neurologen: “Je houdt me voor de gek, er is niets met jou aan de hand.” Tegenwoordig zijn dit voor ons patiënten met een aandoening. Ze hebben een neurologische diagnose die we stellen op grond van positieve symptomen zoals onwillekeurige bewegingen, standsafwijkingen of loopstoornissen. Symptomen die we niet kunnen verklaren uit een andere neurologische aandoening.’ De Koning-Tijssen weet dat sommige neurologen nog steeds aarzelen om de diagnose functionele bewegingsstoornis te stellen. Uit angst dat patiënten later toch een tumor of een structurele hersenbeschadiging blijken te hebben. ‘Die angst is ongegrond, want we stellen de diagnose meestal adequaat. Mijn advies aan neurologen is: wees niet bang, stel de diagnose.’

Maak een gratis account aan en krijg toegang tot alle artikelen

Account aanmaken

Heeft u al een account?